Piano spelen terwijl je zingt, zoals Adele dat doet. Jezelf begeleiden op gitaar net als Waylon. Of gewoon die ene persoon zijn, die bij het kampvuur de ukelele tevoorschijn tovert, start met zingen en zorgt voor net dat beetje extra magie waardoor een willekeurige zomeravond ineens een van je mooiste herinneringen wordt.
Nou haal ik het niveau van Adele of Waylon niet hoor. Maar die ene persoon bij het kampvuur, die ben ik inmiddels wel. En ik deel graag mijn tips met je!
Jezelf begeleiden op een instrument – Hoe het bij mij zit
(Klik als je dit over wil slaan en gewoon naar de concrete tips wil.)
Ik ben opgegroeid in een gezin waar altijd veel aandacht voor muziek was. Mijn vader had altijd al een gitaar en een keyboard op zijn muziekkamertje en op een gegeven moment kwam er ook een elektrische piano in onze woonkamer te staan. Daar heb ik rond mijn 14e voor het eerst een beetje op gespeeld. Het leek me leuk om ‘Natural Woman’, het liedje wat ik destijds op zangles zong, te kunnen begeleiden. Hoe ik het precies heb aangepakt, geen idee, maar na een paar weken ploeteren kon ik wat basisakkoorden spelen.
Ook de gitaar ‘raakte ik wel eens aan’, maar dat is nooit een groot succes geweest. Ik vond het vanaf begin af aan al een onoverzichtelijk instrument. Bovendien: ik kreeg er pijn van in mijn handen en verloor dus snel de motivatie.
Toen ik uiteindelijk op het conservatorium zat (ik deed de opleiding Muziek-Theater, met hoofdvak zang) leerde ik steeds vlotter begeleiden van akkoorden op de piano. Omdat ik het leuk vond medestudenten te begeleiden en gauw begon met lesgeven, maakte ik veel uren en draaide ik mijn hand niet meer om voor een ‘sus4-akkoord’ of een ‘maj7-akkoord’. Inmiddels – 10 jaar na mijn afstuderen – breng ik nog vele uren door achter de piano. En is de gitaar nog steeds een soort ‘decoratie’ in mijn lesruimte.
Wél heb ik mijzelf in vrij korte tijd aardig ukelele leren spelen: ik startte ergens in het begin van de eerste lockdown, en gaf binnen 3 maanden mijn eerste online optreden.
Even voor de duidelijkheid, ik gaf een online optreden waarbij ik mezelf begeleidde. Dat houdt in dat ik zong en mezelf daarin ondersteunde met akkoorden op de ukelele. Dus (nog) niet dit:
Maar meer zoals dit:
Eigenlijk was het de ideale situatie: omdat het een heel kort klein optreden was (ik was een online verrassing voor een stelletje), wist ik dat het haalbaar zou moeten kunnen zijn. Zeker omdat ik na al die jaren lesgeven en muziek maken, heel goed weet ‘hoe je het beste dingen kan leren’.
Over ‘dingen leren’ gesproken; ik schreef ‘6 Adviezen van Zangdocenten (die je niet moet opvolgen)’. Je vindt ze hier.
Jezelf begeleiden op een instrument = Multitasken
Als je jezelf begeleidt terwijl je zingt, moet je keihard multitasken. Oftewel, heel veel dingen tegelijkertijd doen. Daar ga ik even op in en daarin gebruik ik het voorbeeld ‘ukelele spelen terwijl je zingt’. Dat bestaat uit verschillende onderdelen:
- Je tokkelt of strumt met je rechthand (strummen betekent dat je meerdere snaren tegelijkertijd aanslaat), zodat een ritme ontstaat.
- Met je linkerhand speel je de akkoorden of noten: door je vingers op een bepaalde plek op de snaar te leggen ontstaat toonhoogte.
- Je stembanden maken toonhoogte en door daar adempauzes en tekst aan te koppelen ontstaat ritme. Oftewel: je zingt een melodie.
- En vaak zijn je ogen ook nog aan het lezen, omdat je de tekst van een lied niet uit je hoofd weet, of nog niet zeker bent van welke akkoorden je moet spelen. Die informatie moet óók nog eens verwerkt worden door je hersenen, die zorgen dat je vingers worden aangestuurd het juiste akkoord te spelen en je tong de juiste tekst articuleert.
Ik weet niet hoe het met jou zit, maar da’s best veel tegelijkertijd vind ik.
Jezelf begeleiden op een instrument – Hoe je dat aanpakt
Het allerbelangrijkste: neem kleine stapjes en durf daarbij de losse onderdelen zoals ik hierboven omschreef, los te trekken van elkaar. Super irritant, want dat betekent dat het niet meteen ‘af’ klinkt, maar geloof me: dit is uiteindelijk de meest effectieve manier. Omdat je kan opbouwen, kan ontdekken waar je valkuilen liggen. En omdat je voorkomt dat je gefrustreerd raakt omdat dingen je steeds maar niet lukken.
Ik blijf even bij het voorbeeld van jezelf begeleiden op de ukelele:
- Oefen de akkoorden, oftewel: wat je rechterhand doet. Zitten bijvoorbeeld de akkoorden C-Am-F-G in het lied wat je wil doen, oefen ze dan. Neem de tijd om ze los van elkaar te spelen en ze perfect in de vingers te krijgen. Zet een metronoom – die kan je kopen, maar er zijn ook gewoon apps voor – aan op tempo 90 en speel alle akkoorden 4 tellen. Lukt het maar moeizaam? Zet het metronomegetal dan lager. Gaat het goed, zet dan het metronomegetal hoger.
- Zijn de akkoorden heel complex, transponeer ze dan en gebruik desnoods een capo om alles klinkend op een andere hoogte te krijgen. Wonderwall van Oasis, staat oorspronkelijk in F#m, maar als je net begint met gitaar spelen, is het makkelijker om ‘em eerst in Em te spelen met capo op de 2e fret. Klinkt hetzelfde, maar is nog niet zo’n aanslag op je handen. Op een elektrische piano zit vaak een ’transpose-functie’, ook helemaal top.
- Neurie het lied, terwijl je de akkoorden speelt. Daarbij geef je een slag langs de snaren per akkoord, nog geen ingewikkeld ritme in de rechterhand dus. Pas het tempo aan op wat je aankan, je kan later altijd nog versnellen.
- Speel je strum/tokkel met je rechterhand, terwijl je linkerhand niks doet (of een heel makkelijk akkoord aanhoudt). Ook hierbij geldt, langzaam beginnen.
- Lukt het om – zonder akkoordwissels – strak te strummen/tokkelen? Kijk dan eens of je het strummen zo op de automatische piloot kan, dat je tegelijkertijd een gesprek kan voeren. Vertel bijvoorbeeld – blijven strummen/tokkelen dus – wat je hebt gegeten vandaag, of noem alle dagen van de week op.
- Rap de tekst – zingen, maar dan dus zonder toonhoogte – terwijl je rechterhand ritmisch doorgaat. Dit is vaak een lastige: omdat het ritme van je stem meestal anders is dan het ritme van de tokkel/strum kan het zijn dat je regelmatig in de knoei komt. Zorg dat je het tempo in het begin laag houdt, dat maakt het makkelijker.
- Ook handig om het combineren van ritmes te oefenen: tik met een pen het ritme van de zangmelodie (dus een tik per lettergreep of toonhoogtewissel) en stamp met je voet de tellen van de maat. Lukt dat niet? Het kan best dat je je überhaupt niet bewust bent van het ritme dat je zingt! In dat geval is het slim om een opname van het lied aan te zetten, en eerst alleen met pen het ritme mee te tikken.
- En natuurlijk, probeer het allemaal tegelijkertijd. Ik blijf het zeggen: eerst in een rustig tempo. Maar, als dat lukt, is het ook heel waardevol om het juist een paar keer ’te snel te spelen’, zodat het ‘lekker in je lichaam komt te zitten’.
Je hoeft bovenstaande stappen zeker niet op deze volgorde te doen. Kies wat uit, probeer het, wissel af, combineer, wat jij wil. Maar zorg dat je jezelf de tijd geeft om het op te bouwen. Weet ook: als je jezelf iets nieuws aanleert is dat vrijwel nooit makkelijk. Dat hoort zo, zo werkt het leven. Het is niet raar als het oncomfortabel is. En het is ook niet raar als je het stom vindt en tegen je instrument aan wil schoppen. De oplossing? Geef. Jezelf. De. Tijd.
Wat ik nog wil leren om mezelf en anderen nóg beter te kunnen begeleiden
Ik gaf al aan nog niet op niveau Waylon of Adele te zitten, dus mocht je benieuwd zijn, dit zou ik nog wel willen leren:
- Veel meer liedjes uit m’n hoofd kennen.
- Nog meer akkoorden op de ukelele leren, zodat ik ook zonder capo kan spelen.
- Meer mogelijkheden hebben, zodat ik ook latin op de piano kan, of iets funky’s op de ukelele.
- Niet alleen van akkoorden kunnen begeleiden, maar ook beter van notenschrift en tablatuur kunnen spelen. Een melodielijn met mijn rechterhand op de piano lukt nog wel, maar de F-sleutel (baslijn/linkerhand) gaat erg moeizaam. En tabs lukken ook nog niet.
- Beter op gehoor kunnen spelen.
- Meer instrumenten spelen, zodat ik alsnog ook op gitaar kan begeleiden.
Voor al die dingen geldt: ik wil het wel, maar… Ik heb er niet zoveel voor over. En daarnaast is het niet heel noodzakelijk dat ik het leer. Elke leerling die bij me op zangles komt, kan welk lied dan ook aan me vragen en – als ik een klein stukje van het origineel heb gehoord en de akkoorden heb gevonden – kan ik het begeleiden binnen 2 minuten. Vrij moeiteloos ook.
Superchill natuurlijk, maar daardoor mis ik de noodzaak om heel hard te studeren op nieuwe dingen. En dus blijft de ontwikkeling een beetje hangen. Niet erg, blijkbaar zijn er gewoon dingen die ik belangrijker vind in het leven.
Heb je er wat aan gehad?
Of jezelf nou wilde begeleiden op de piano, gitaar of accordeon van mijn part, ik hoop dat je er wat aan hebt gehad. Superleuk als je me dat even laat weten!
Houdoe en veel liefs,
Anne
P.S.
- In 2021 schreef ik ook over ‘het hebben van talent’. Misschien vind je het ook leuk om die blog te lezen.
- Deze tips zijn om je op weg te helpen, maar ik denk dat het altijd slim is om ook een paar keer met een goeie docent te werken. Zo voorkom je dat je jezelf bijvoorbeeld een onhandige vingerzetting of een ongezonde zangtechniek aanleert. Je hoeft hier niet een jaar lang wekelijks voor naar de muziekschool. Er zijn genoeg docenten die ook gewoon losse lessen aanbieden! (Jep, bij mij kan je ook gewoon een losse zangles volgen, in Breda, maar ook online!)
- Word je liever door een muzikant, of een hele club muzikanten begeleid? Ik schreef eerder ook 5 tips voor een repetitie met een band!
Ik denk niet dat ik mezelf voorlopig zal begeleiden op een instrument, maar ik vond het toch heel interessant om te lezen, haha! (Daarom klikte ik ook door – omdat ik vrij zeker wist dat dat zo zou zijn, want jouw blogs zijn gewoon altijd tof om te lezen.)
Hahaha, dat vind ik echt een reuze-compliment Enne, ergens borrelt het idee om ooit nog eens een workshop te organiseren voor papa’s en mama’s, een hele middag waarin je leert kinderliedjes te zingen en te begeleiden op ukelele! Dus wie weet!